“Ex nihilo nihil fit” Deel 4 van 6.

Een nieuwe lente met hetzelfde oude geluid!

Op 12 april 1994 werd de nieuwe raad en de nieuwe wethouders geïnstalleerd. Wethouders waren: Eddy Zijlstra (D66), Theo Sintenie (Langedijker Belang) en Frans Burkels (Langedijker Belang). Op 31 mei van dat jaar stapt Zijlstra op als wethouder, omdat hij naar Rotterdam verhuisde en werd opgevolgd door zijn partijgenoot Jan Vlug. Al snel ontstond er binnen Langedijker Belang grote verdeeldheid over de te volgen koers. In de raadsvergadering van 1 november 1994 stelt Sintenie zijn wethoudersportefeuille beschikbaar en stapt ook uit de raad. Sintenie verklaarde: “De actievoerders, de radicale stroming binnen de partij, vergaten dat politiek bedrijven iets wezenlijk anders is dan actievoeren. Ik moest elke avond op de tafel springen om de club bijeen te houden. Dat houd je niet vol. Ik had het idee twintig uur per dag bezig te zijn met een hopeloos gevecht.”

Karst Vonk, raadslid van Langedijker Belang zei daarover: “Hij (Sintenie) onderhandelde buiten ons om met de provincie.”Louis Soemers die op 10 januari 1995 de raadszetel van Sintenie overneemt, heeft als verklaring voor de controverse aangegeven dat Sintenie en Burkels als wethouder aanliepen tegen onomkeerbare raadsbesluiten en afspraken met de provincie. De gemeente bleek met handen en voeten gebonden te zijn aan bouwopdrachten in HAL-verband.

Als Louis Soemers op 10 januari 1995 de raadszetel van Sintenie overneemt wordt hij ook direct de wethouder voor Langedijker Belang. 

Na een raadslidmaatschap van 25 jaar neemt in september 1995 oud-wethouder Frans Aarts (GroenLinks) afscheid van de raad en wordt hij opgevolgd door Marian van Toor-Dekker. Op 10 oktober 1995 splijt de fractie van Langedijker Belang. Henk Spaansen, Frans Burkels, Martin Eijtinger, Louis Soemers, Tine Veltstra en Nel van der Zon-Brouwer gaan in eerste instantie verder als groep Spaansen. Karst Vonk, Cees Molenaar en Ben Bos blijven als Langedijker Belang in de raad. 

Op 1 november 1995 verlaat Martin Eijtinger de raad en keert Theo Sintenie op zijn plaats terug. Sintenie neemt echter plaats als onafhankelijk raadslid.

Door het gerommel in de grootste coalitiepartij was er niet bepaald sprake van een daadkrachtig bestuur. Er werden nog nauwelijks besluiten genomen. De partij die, uit onvrede onder de bevolking, was opgericht, bleek niet in staat om bestuurlijke vernieuwing tot stand te brengen en om alles ‘beter en anders’ te zullen doen dan de gevestigde partijen. De dans en de hang naar het pluche was naast het feit dat er geen duidelijk partijprogramma en visie was de doodklap voor de democratie. De bevolking was uiteindelijk het slachtoffer en de politieke verwarring in Langedijk was groot. Zo groot dat er op donderdagavond 25 januari 1996 een extra raadsvergadering werd georganiseerd om te zien wat of de politieke consequenties waren van de scheuring binnen Langedijker Belang. Het initiatief van deze extra vergadering kwam van PvdA en CDA.

De vergadering maakte in ieder geval duidelijk dat Karst Vonk, Ben Bos en Cees Molenaar na een uitspraak van de ledenvergadering van die partij in december 1995 verder zouden gaan onder de naam Langedijker Belang. Dat had tot gevolg dat Frans Burkels en Louis Soemers, beiden wethouder, Henk Spaansen, Theo Sintenie, Nel van der Zon-Brouwer-Hendrickx en Tine Veltstra-Kalverdijk naamloos verder moesten. Echter zou op 21 februari 1996 daar bij Langedijker Belang nog een keer een ledenvergadering overkomen en wel over het feit of het bestuur van Langedijker Belang wel correct had gehandeld. Rob de Boer (PvdA) adviseerde de dorpspartij één oplossing: doe een stap terug en verbreedt het college. Hierdoor zou het draagvlak in de raad voor B en W worden vergroot en was de kans groot dat er overeenstemming kwam bij de fracties. CDA-fractievoorzitter Bob Kockx waarschuwde dat het voortbestaan van Langedijk aan een zijden draadje hing.

Rob de Boer verweet D66 van een passieve opstelling. Met een wethouder van D66 in het College (Jan Vlug) had De Boer meer verwacht van D66. Tot D66-er Hans de Graaf sprak hij: “D66 moet keuzes maken en zich vooral niet achter anderen verschuilen.”

Hans de Graaf bestreed de beschuldigingen over een passieve opstelling: “Ons bestuur praat met alle partijen over de verbreding van het college en ik vind dat beide groepen van Langedijker Belang met elkaar moeten praten. Daarbij bied ik me als bemiddelaar aan.” Niemand van de dorpspartijen reageerden op zijn aanbod.

Een onomkeerbaar rottingsproces.

Op 12 februari 1996 staat er in de Alkmaarse krant een verslag van Ed Dekker over de ‘voortgang’ in Langedijk onder de welsprekende kop “Totaal geen schot in oplossing van het politieke leed in Langedijk”. D66 heeft haar bemiddelingskeutel ingetrokken. Afdelingsvoorzitter B. Lockx meldt: “Het is noodzakelijk dat de bestuurlijke kwaliteit en de daadkracht in de Langedijker raad verbeteren. Echter, ons initiatief werd onvoldoende gesteund. De mondelinge toezeggingen van de verschillende partijen vooraf klonken hoopvol, maar het resultaat is anders. Wij stoppen nu onze activiteiten en wachten verder af.”

Henk Spaansen die, als leider van de grootste groep van afhakers, in de extra uitgeschreven raadsvergadering de toezegging deed om met alle fractievoorzitters te zullen gaan praten om te zien hoe verder te gaan, ging kort daarop op vakantie en droeg zijn taak als ‘mediator’ over aan wethouder Burkels.

Burkels gevraagd naar zijn rol als vervanger van Spaansen: “Iedereen vindt dat het beter moet, maar daar blijft het bij. Het was voor mij moeilijk om de gesprekken te leiden. Ik zat met een dubbele pet. Als waarnemend-fractievoorzitter en als wethouder.”

Half februari is er nog steeds geen zicht op verbetering in het Langedijker bestuur.

Politieke puinhoop

Uiteindelijk op 2 april 1996 is de politieke puinhoop compleet. Het college treedt af nadat een motie van Langedijker Belang met tien stemmen wordt aangenomen. Het college dat tot dan nog steunde op steun van D66 en groep Spaansen moet volgens de motie plaats maken voor een college dat een breder draagvlak heeft. In de raadsvergadering maakt Spaansen bekend dat zijn fractie in het vervolg verder gaat onder de naam Onafhankelijke Politieke Partij (OPP). De raadsleden Bos, Molenaar en Vonk mogen de naam Langedijker Belang voeren.

Op 9 april wordt Han Meijer (oud-burgemeester Wervershoof en ex-dijkgraaf van het Hoogheemraadschap Noordhollands Noorderkwartier) aangesteld om als informateur een nieuw collegeprogramma op te stellen dat kan rekenen op een breed draagvlak. Hij slaagde er binnen twee maanden in om een nieuw college te vormen. Zelf zei hij het volgende over die periode: “Ik heb uitputtend gesproken met de fractievoorzitters, van wie ik het volledige vertrouwen kreeg. Het waren open gesprekken, die in een hele goede sfeer verliepen. Ik stelde me niet op als schoolmeester. Ik zocht naar de oorzaken van de bestuurlijke chaos en droeg oplossingen aan. En deed aan de hand van een werkprogramma voor de twee resterende jaren suggesties voor combinaties van partijen voor een nieuw college. Ik kwam zelf met het idee om één fulltime en drie parttime wethouders te benoemen. Zo kreeg ik een breed gedragen college dat geen extra geld zou kosten.” De ontstane strubbelingen schreef Meijer voornamelijk toe aan verziekte persoonlijke verhoudingen tussen de raadsleden.

Terugkeer van de oude pikorde.

Op 4 juni van dat jaar wordt het nieuwe college geïnstalleerd bestaande uit 4 wethouders, te weten: Frans Burkels (OPP), Peter Hersbach (CDA), Piet Swager (VVD) en Bea Manschot-de Vries (PvdA). De laatste drie zouden hun taak parttime gaan vervullen.

Die installatie van het nieuwe college ging niet van een leiendak en van een fatsoenlijk niveau en een gemeentebestuur waardige vergadering was al helemaal geen sprake. Verschillende fracties vlogen elkaar stevig in de haren en daarbij werd ook sterk op de persoon gespeeld. “Effe rustig met je woorden, jochie”, kon worden opgetekend uit de mond van Rob de Boer (PvdA) tegen Karst Vonk, de fractievoorzitter van Langedijker Belang.

De formaliteiten die avond namen veel tijd in beslag. Eerst moest het oude college worden ontslagen voordat het nieuwe kon worden benoemd. De wethouders Burkels en Soemers van de Onafhankelijke Politieke Partij, zoals groep Spaansen was gaan heten, verlieten uit eigen beweging hun wethouderszetel. Wethouder Jan Vlug van D66 bleef pokhout zitten ondanks dat twee maanden eerder het vertrouwen in het voltallige college was opgezegd. Een stemming dwong Vlug om alsnog plaats te maken: twaalf om zes. De zes die de D66-wethouder wilden houden, waren: de drie van Langedijker Belang, Hans de Graaf (D66), Theo Sintenie en Vlug zelf. [Ter verduidelijking: Het dualisme deed pas in 2002 zijn intrede in de gemeentepolitiek, tot die tijd maakten de wethouders ook onderdeel uit van de fracties en stemden dus ook mee].

Vervolgens kon worden overgegaan tot de verkiezing van de nieuwe wethouders en de meerderheid van de raad koos voor één fulltime (Burkels) en drie parttime wethouders (elk voor 70%). Langedijker Belang, D66 en Sintenie wilden echter vier wethouders met elk een aanstelling van 75%. Langedijker Belang kwam voor Burkels met een tegenkandidaat: Ben Bos. Fractievoorzitter Vonk verduidelijkte die voorkeur met de woorden; “Die is wel betrouwbaar.”

Voor de kandidatuur van Bea Manschot (PvdA) werd Jan Vlug als tegenkandidaat naar voren geschoven met als onderbouwing: “Die luistert wel naar de bevolking.”

Voor de CDA-er Hersbach en de VVD-er Swager werden geen tegenkandidaten ingebracht. Voorafgaand aan de stemming over de wethouders was na lange tijd ook duidelijkheid gekomen over de positie van Sintenie. Deze gaf te kennen niet tot de OPP te behoren, maar op persoonlijke titel de uitgangspunten van Langedijker Belang uit te zullen dragen. De OPP noemde hij bij die gelegenheid ‘onbetrouwbaar, vooral Burkels en Soemers als wethouder’.

Vonk stookte het vuurtje tussen zijn Langedijker Belang en de OPP nog flink op door te stellen dat bij OPP openheid en eerlijkheid ver te zoeken waren en hij noemde de fractieleden van de OPP ‘afvalligen’. Ook burgemeester Bulte ontkwam niet aan de toorn van Vonk, die aangaf de indruk te hebben dat de OPP-fractie bestond uit Spaansen, Burkels en Bulte. Bulte eiste dat Vonk zijn woorden zou terugnemen, maar Vonk beperkte zich tot: “Sorry”.

Ook D66 was boos en raadslid Hans de Graaf stelde dat 58% van de Langedijker kiezers monddood was gemaakt: “De democratie is platgewalst.”

“Na het tellen van de laatste stembriefjes riep een vermoeid ogende Bulte op tot echt een nieuwe start. Met een zakelijke benadering, met besluitvorming op basis van argumenten”, aldus de verslaggever van de Alkmaarse krant.

Wordt vervolgd.

Geef een antwoord