Smiths Chipswerknemers van het eerste uur. (1.)

De afgelopen jaren heb ik veel reacties gekregen op mijn hier gepubliceerde serie “De opkomst en ondergang van de middenstand in Broek op Langedijk”. Nog bijna dagelijks worden er afleveringen bekeken en niet alleen vanuit Nederland. Natuurlijk heb ik gelukkig ook op- en aanmerkingen gekregen van familieleden die met aanvullende informatie kwamen of me wezen op fouten. Gelijktijdig met de neergang van het aantal winkeltjes in Broek op Langedijk ontstond in de periode 1956-1958 de Smiths crispfabriek* op het Zuiderdel te Broek op Langedijk. De Smiths crispfabriek zorgde voor nieuwe werkgelegenheid in de gemeente en tot ver in de regio. Veel voormalig middenstanders en kinderen van die middenstanders vonden daar emplooi. Op grond van de reacties op eerdergenoemde serie over de middenstand had ik een aantal voormalige middenstanders op het oog, omdat zij tot de eerste crispfabriekwerknemers behoorden die Broek op Langedijk en de rest van het land aan de zoutjes hielpen. In eerste instantie was het de bedoeling die artikelen te gaan schrijven voor de uitgave van de Stichting Langedijker Verleden, maar gelet de opvattingen van hun voorzitter met betrekking tot wat wel en wat niet tot de Langedijker geschiedenis behoort, kunt u de meerdelige serie hier gaan volgen. Voordeel hiervan is dat ik niet gebonden ben aan de beperkte ruimte die in ‘Otterplaat’ beschikbaar zijn. Uiteindelijk is het de bedoeling dat deze serie ook opgenomen gaat worden in een boek dat op stapel staat bij het vijfentwintigjarig jubileum van Schaduwrijk Langedijk waarin de historische artikelen zullen worden gebundeld. Deze serie over de Smiths Potato Crisps Holland N.V en enkele personeelsleden vanaf het eerste uur zal om de vier weken worden geplaatst.

*Voor de naam CHIPS in gebruik kwam werd er gesproken over de “Smiths crisp”, omdat dat het dichtst in de buurt lag van het geluid dat het maakte als je een gefrituurd schijfje in de mond nam. Tevens had ‘CHIPS’ in Engeland in die dagen een andere betekenis die nauw verwant was aan hun volksvoedsel “Fish and chips”.

Kraamkamer van de chipsfabriek lag in de Oranjebuurt van Broek.

Misschien is dat wel wat al te stellig gesteld, maar in de Irenestraat en de Beatrixstraat trof je halverwege de jaren vijftig van de vorige eeuw heel veel medewerkers van het eerste uur bij de chips aan. In de Irenestraat was dat Adriaan van der Welle met zijn vrouw en de familie Baay, waarvan vader Baay één van de eerste administrateurs was bij de chips en in de Beatrixstraat de voormalig bakker van de Dijk, Arie Kok en Jan Pikee, één van de eerste vaste chauffeurs bij de chips en zoon van de ‘weduwe Pik’, kruidenier op de Dijk.

Wat ooit voor mij begon als onderzoek naar het verdwijnen van de middenstand in Broek op Langedijk krijgt in dit verhaal een verdieping met wat voormalige middenstanders zijn gaan doen en ook de impact die dat op de werkgelegenheid heeft gehad in Langedijk, de regio en tot ver daarbuiten.

De aanleiding tot dit verhaal.

Bovenstaande foto van deel 1 in de serie over de middenstand betrof het winkeltje van de “weduwe Pik” zoals zij in de volksmond werd genoemd. Haar eigen naam was Roelofje Wever en zij was niet getrouwd met A. Pik, maar met Jacob Pik en dankzij foto’s die ik van de kleindochter van de weduwe Pik ontving is het mogelijk om de geschiedenis van die familie wat nader uit te diepen.

Roelofje Wever en Jacob Pik waren 26 jaar toen zij op 5 juni 1924 met elkaar in Sint Pancras in het huwelijk traden. Jacob was tuinder en geboren te Broek op Langedijk en was de zoon van Jan Pik, opperman, en van Guurtje Vredenburg en woonden in Broek op Langedijk.

Roelofje Wever was de dochter van Jan Wever, veldarbeider, en van Margje Lammerts en woonden in Sint Pancras. Roelofje was geboren in Lemsterland in Friesland. Veel veldarbeiders hadden een zwervend/rondtrekkend bestaan vanwege het feit dat zij afhankelijk waren van seizoensarbeid op het land.

De Dijk.

Jacob Pik en Roelofje Wever betrokken na hun huwelijk een woonhuis op Dijk 23 te Broek op Langedijk. Uit het feit dat het huis tegenwoordig nummer 51 heeft valt wel op te maken dat de Dijk zich in de loop der jaren ontwikkelde van een Dijkje (De Zwarte Dijk) tot een woonstraat.

Of Jacop Pik eigen grond had of dat hij tuinbouwgrond van de Gereformeerde kerk pachtte, heb ik niet kunnen achterhalen. Van een aantal mensen heb ik wel gehoord dat hij ook melkboer was, maar dat kan bijhandel zijn, geweest welke misschien wel door zijn vrouw vanuit huis werd gedaan.

Elf jaar na hun huwelijk werd hun enige zoon Jan op 22 juni 1935 geboren.

Zoon Jan zal weinig herinnering hebben gehad aan zijn vader, want op 10 december 1936 om drie uur in de middag overleed vader Jacob oud 39 jaar en werd Roelofje Wever de ‘Weduwe Pik’.

Wordt vervolgd.

Dit bericht heeft één reactie

  1. maurice

    leuk!

Geef een reactie