Open dag bij De Groot en de Slot een prachtig feest.

Afgelopen zaterdag 8 november maakten enorm veel mensen gebruik van de uitnodiging het 70-jarig bedrijf van de families Slot en De Groot te bezoeken. De organisatie was ronduit fantastisch.

Bezoek aan de opendag liet zien dat er wel wat is veranderd in de afgelopen.

Door het pand aan de Westelijke Randweg was een heel traject uitgezet waarlangs alle facetten van de uienteelt en de veredeling ervan door ontzettend mooi in beeldtaal vormgegeven filmpjes, door duidelijke informatie borden en vooral niet te vergeten door enthousiast personeel op onderdelen werd toegelicht.

Tekst gaat onder foto door:

Op de foto; Dat de ene ui het in het ene land beter doet dan in het andere liet deze opstelling van uien duidelijk zien.

Onmisbaar voor het veredelen en ontwikkelen van de uien zijn de bijen en hier was ook te zien dat De Groot en Slot nauw samenwerkt met BEJO-zaden uit Warmenhuizen.

Tekst gaat verder onder de foto:

Het zou te ver voeren als ik als uienatheïst hier nog eens dunnetjes de gegeven informatie uit de doeken doe. Ten eerste was de informatie enorm groot en ten tweede is het mij niet mogelijk om die informatie in zo’n kort tijdsbestek volledig in mij op te nemen. Het was al met al heel indrukwekkend en ik heb de afgelopen nacht menig ui in mijn dromen voorbij zien komen. 

Mijn uienkennis was tot zaterdag nogal gedateerd.

Vijfendertig jaar geleden zat ik met één van de oprichters De Groot en Slot, Jaap de Groot, in de museumcommissie van museum Broekerveiling en als commissie besloten we een expositie te gaan maken over de vijf hoofdteelten in het Geestemerambacht. Binnen de commissie was ik een buitenstaander op het gebied van de tuinderij, opgegroeid in een zeevaarders gezin en in mijn schoolvakanties nog niet één dag op het land gewerkt, maar meestal met vader mee naar Zweden en Finland om hout te halen. Omdat ik dus nagenoeg geen weet had van wat er op het gebied landbouw speelde leek het ons als commissie goed dat ik een groot aantal tuinders zou interviewen om te achterhalen hoe er hier groenten werden verbouwd. Uit de ingewonnen informatie zou ik dan een in het kort, door een leek voor een leek, de vijf teelten, zoals die tussen 1930 en 1940  werden verbouwd, beschrijven.

Als de belangrijkste teelten werden door de tuinders genoemd; de bloemkoolteelt, de vroege wortels, de vroege aardappels, uienteelt en de koolteelt. 

Jaap de Groot was binnen de museumcommissie de specialist op het gebied van de uienteelt en kon vanuit zijn jeugdherinnering vrij nauwkeurig zijn kennis uit die tijd op me overbrengen en dat leidde tot de navolgende teeltbeschrijving over uien met de instemming van commissielid Jaap de Groot:

 “Uien werden bij voorkeur uitgezaaid op winterveld. Begin maart als het weer het toeliet, begon men met het zaaien. Als de uien begonnen te “bollen” (de ui begon zich te vormen) dan hoefde men niet meer te wieden en trok men slechts met de hand de zogenaamde ‘vlaggestokken’ (het hoge onkruid) tussen de uien vandaan. 

De uien werden “geplukt” (uit de grond getrokken” met het loof en op het “zwad” (kort bij elkaar op rij) gelegd. Vlak na de oogst werden de kleine uien, welke apart op hopen waren gestort, na te zijn gedroogd en “afgestaart” (van hun loof ontdaan), naar de veiling gebracht. Na plusminus 10 dagen van droging op de akker werden de overgebleven uien opgezocht in manden en los in de schuit gestort. Zo dicht mogelijk bij huis werden de uien bewaard in uienhopen. Tekst gaat verder onder de foto.

In deze uienhopen gingen zo’n 500 à 600 kg. uien per hoop. Uit de uienoogst werd een selectie gemaakt van de uien die men het meest geschikt achtte om het jaar erop als zetui dienst te doen en om zo de beste soort te verkrijgen.

Voor de uien naar de veiling werden gebracht werden ze afgestaart, van hun lof ontdaan en in twee sorteringen, klein en groot, in jutezakken op 25 kg. afgewogen.”

Tot De Groot en Slot.

Bijna twintig jaar geleden kreeg de toen pas geïnstalleerde raad van Langedijk een uitnodiging van Henk de Groot, zoon van Jaap, om het bedrijf aan de Westelijke Randweg te bezoeken en om kennis te maken met wat er zich daar afspeelde. Toen was al duidelijk dat ze heel toekomst gericht en met visie bezig waren. Het bedrijf van toen was al heel inovatief bezig. Afgelopen zaterdag maakte duidelijk dat ze zich op dat punt nog steeds aan het ontwikkelen zijn en dat is voor alle mensen, teler, werknemers, gemeente en uieneters, een goede zaak. 

Ik heb in ieder geval enorm genoten en ’s middags de cadeau gekregen SIBIR plantuien nog op mijn akker geplant en kijk al uit naar het voorjaar om ze te kunnen oogsten.

Dit bericht heeft één reactie

  1. maurice

    zonder bij (en regenworm) geen voedsel :-).

    mooi stukje over een pracht bedrijf!

Geef een reactie