Het Zuiderdel door de jaren heen.

In deze serie van zes delen over het Zuiderdel, waarvan iedere maand een aflevering wordt geplaatst, sta ik stil bij de ontwikkelingen in en rond het Zuiderdel, want zonder Zuiderdel had Broek op Langedijk nooit de ruimte gehad voor een spooremplacement en een station, zou de N.V. Zuiderdel nooit op het Zuiderdel gevestigd zijn en ook de Smith’s Potato Crisps, Koelhuis Gebr. Kloosterboer, Scheepswerf Bak en Van den Heerik transport de ruimte hebben gehad om te ondernemen.

Uitnodiging

Twee weken na de raadsvergadering ligt er een uitnodiging van de Smith Food Group bij de raad en het college op de mat om op 20 juni 1972 een bezoek te brengen aan de fabriek.

Op basis van feitelijke gegevens wil het bedrijf de raad een objectief beeld geven van zowel de problemen rond de verwerking van haar afvalproducten. De directiesecretaris mr. J. Hupkes zei daarover: “Er wordt gesuggereerd dat wij subjectieve voorlichting geven. Dat we de mensen een rad voor de ogen draaien, maar dat wordt ons wel wat te gortig. Daarom gaan we nu eens duidelijk vertellen wat er aan de hand is.”

Op dinsdagmiddag 20 juni 1972 vond het bezoek bij de Chips plaats. De CPN en de PvdA schitterden door afwezigheid. De CPN bleef weg omdat het actiecomité niet was uitgenodigd en de PvdA omdat de excursie niet meer dan “een stuntje” zou zijn. Dat het actiecomité niet was uitgenodigd zou in de ogen van directeur De Jong onbeleefd zijn geweest ten aanzien van de raad om deze tegelijk uit te nodigen met een buitenparlementaire groep. Gemeentesecretaris A.P. Dockheer was het volkomen met hem eens: “Waar blijf je anders als raad die zichzelf respecteert.”

Op dezelfde dag dat de raad van Langedijk op bezoek kwam, bracht de Smith Food Group een brochure uit waarin zij uitleg gaven aan de snelle groei van haar bedrijf: “Geen wonder. In de Nederlandse huizen deed de tv-intrede, dat vroeg als het ware om een gezellig knabbelprodukt. En dus werden de chips met gejuich begroet”.

In de brochure werd ook nog eens het belang van de Langedijkers benadrukt met de fabriek in hun gemeente. Van de vijfhonderd medewerkers woonden er minstens honderd in Langedijk. Blijkbaar moesten de raadsleden hier ontdekken dat de aangevraagde vergunningen zeer noodzakelijk waren om de werkgelegenheid te garanderen. Voor een mammoetbakoven en een fabriekshal, beiden al geruime tijd in gebruik, liepen de vergunningaanvragen nog en ook voor de tweede mammoetbakoven die in september zou worden geplaatst, moest nog een vergunning worden afgegeven. Er was toen zeker sprake van een charmeoffensief door de directie richting gemeente en waterschap. Gezien de opstelling van wethouder Stoop in de raadsvergadering over de stankoverlast was het college daar toendertijd best wel gevoelig voor.

20-jarig bestaan

Op 12 april 1978 werd het twintig jarig bestaan van de fabriek groots gevierd in de expeditiehal met een optreden voor het personeel door de Koninklijke Militaire Kapel. De mannen hadden het weer niet meezitten, want hoewel de lente in 1978 vroeg inzette, met vooral de eerste dagen van april lenteachtig en zonnig weer veranderde dat toen op 8 april boven Noorwegen een depressie zich ontwikkelde. Daardoor kregen de koude luchtmassa’s vanuit de Poolstreken gelegenheid naar Nederland te stromen. Op veel plaatsen in Nederland lag de temperatuur daardoor op -5 graden en er lagen maar liefst drie storingen in de naaste omgeving van Nederland. Deze drie storingen (depressies) zorgden voor veel neerslag in het westen en noorden van het land. De neerslag bestond uit sneeuw, veel sneeuw, en vooral zeer langdurig. Op sommige plaatsen sneeuwde het bijna 15 uren achtereen en het is dan ook niet zo gek dat het verslag in de Alkmaarse krant luidde: “Over het van sneeuw en smeltwater gereinigde terrein bereikten de musicerende militairen – met droge voeten – de grote expeditiehal. Om vier jubilarissen – en het jubilerende bedrijf – een serenade te brengen.”

Het bedrijf was die dag rond het middaguur stilgelegd om het personeel in de gelegenheid te stellen het concert bij te wonen waarna in de kantine nog kon worden nagezeten met de jubilarissen. Tussen vier uur en half vijf die middag zat het feest er voor die dag op en werd het bedrijf weer opgestart.

Het GROTE FEEST werd op 28 april 1978 in de Jaarbeursgebouwen te Utrecht gehouden. Alle werknemers en hun partners werden in de loop van de morgen van huis opgehaald om naar een N.S.-station te worden gebracht. Vandaar werden zij met drie speciale Smiths-treinen naar Utrecht gebracht waar zij om 14.00 uur met koffie en muziek werden verwelkomd.

Het Broeker Mannenkoor “De Lofstem” was als openingsact van het feest geprogrammeerd.

Het feest eindigde ’s avonds rond 22.30 uur waarna iedereen met trein en bus weer naar huis werd gebracht. De personeelsbezetting van de Chips was in die dagen zo’n 700 man groot en er werd in dat jaar 30.000 ton aardappelen verwerkt.

Korte staking 17 chauffeurs Smiths Chips

De Smith’s Food Group heeft altijd goed voor zijn personeel gezorgd. Bijna vanaf het ontstaan van de fabriek was er een actieve personeelsvereniging en door de uitgave Chip Ahoy had de fabriek een heel goede interne communicatie dat zorgde voor een hoge mate van betrokkenheid van het personeel bij het wel en wee van de fabriek. Er waren wel eens wat onbetekenende prikacties geweest, maar die werden vaak heel snel opgelost.

Op woensdag 27 februari 1980 haalde een werkonderbreking van 17 chauffeurs van de Smith’s echter de lokale media. De actie van de chauffeurs en bijrijders liep van ’s morgens vijf tot half negen die ochtend. Er was geen sprake van een groot loonconflict, maar zoals één van de chauffeurs verwoorde: “het bedrijf betaalt ons effe te weinig, dat is zo jammer.”

Het rijdend materieel was dusdanig opgesteld, dat geen enkele grote vrachtwagen het terrein op kon. Het personeel dat naar het werk kwam werd geen strobreed in de weggelegd. De voorste vrachtauto van de Smith’s had een spandoek met de tekst: “Geen gezeur, loongroep 5 voor iedere chauffeur”. Door het steeds drukker wordende verkeer op de Nederlandse wegen en door de invoering van de tachograaf was het werk van de chauffeurs een stuk zwaarder geworden. De heer Hupkes van personeelszaken was die morgen al vroeg gebeld en op de hoogte gebracht van de actie en hij verscheen ’s morgens om acht uur al op zijn werk om de zaak te bespreken. Hij was stellig ‘not amused’ en keurde de actie af. Na toezegging van een nieuwe functiewaardering gingen de chauffeurs en bijrijders om half negen die morgen weer aan het werk.

Chipsfabriek in de as gelegd

Op vrijdag 25 juli 1980 rond elf uur brak er een grote uitslaande brand uit die de Smith’s Chips voor een deel verwoeste. Brandweerkorpsen van Warmenhuizen, St. Pancras, Langedijk, Heerhugowaard en Alkmaar rukten uit. De brand ontwikkelde zich zo snel dat de bedrijfsbrandweerwagen van de Smith’s niet meer naar buiten kon worden gereden, waardoor de voormalige brandweerauto van het korps Broek op Langedijk, die in handen van de bedrijfsbrandweer van de Chips was, als verloren kon worden beschouwd. Door de enorme rookontwikkeling, die tot kilometers in de omtrek zichtbaar was, trok de brand vele honderden toeschouwers. De schade beliep zeker vele honderdduizenden guldens. De directie sloot niet uit dat een bedrag van twee miljoen gulden wel zou kunnen worden overschreden. Er deden zich gelukkig geen persoonlijke ongelukken voor.

Op zondag 31 augustus 1980 kreeg de fabriek een nieuwe 50 meter hoge schoorsteen van 20 ton Corten-staal op het dak. Het gevaarte werd overeind gehouden met drie tuien die elk een trekkracht van 5 ton aankonden. Hoewel het gevaarte al op de zaterdag ervoor zou worden geplaatst moest men het hijsen uitstellen vanwege de krachtige wind. Op zondagochtend woei het ook nog stevig, maar naar het eind van de middag nam de wind wat af en ’s avonds om half negen was de klus geklaard.

Personeel Smiths Food wil niet naar Utrecht

Op donderdagavond 13 september 1984 spraken in café Welgelegen, schuin tegenover de fabriek, enkele tientallen personeelsleden met bestuurder Ben van der Bult van de FNV-voedingsbond. Smiths wilde een deel van de afdeling expeditie/magazijn overplaatsen naar Utrecht. Voor zeven chauffeurs en vier magazijnmedewerkers zou dit lange reistijden en op den duur de keuze tussen ontslag of verhuizing met zich meebrengen. De directie had de ondernemingsraad een opzet voor een verhuis- en reiskostenvergoeding voorgelegd en deze regeling zou in twee jaar afgebouwd worden.

De reorganisatie zou Smiths elf banen besparen. In een ‘vertrouwelijk’ stuk sprak de directie van een ‘besparing’ van vier chauffeurs van 55.000 gulden op jaarbasis en vier magazijnmedewerkers een besparing van goed 50.000 gulden. Voordelen van de overplaatsing naar Utrecht zouden verder komen uit de minder af te leggen vrachtwagenkilometers en minder overuren opleveren. Samen met het laten verdwijnen van elf arbeidsplaatsen zou de operatie ruim één miljoen gulden opleveren.

Reacties van het personeel spreken voor zichzelf:

  • “Deze week heb ik de oplevering van mijn koopwoning gehad. Die premie-woning mag ik niet eens van de hand doen. Betaalt Smiths dan de boete?”
  • “Wat je in tien jaar werken bij de Smiths verdiend hebt, mag je nu weer teruggeven als je een duur gekocht huis moet achterlaten. Hier heb ik een stukkie prive-tuin op drie minuten van mijn huis. Krijg ik dat daar ook?”
  • “Overplaatsing is niets meer dan ontslag op termijn.”
  • “Er zijn al zoveel depots geweest en weer opgegeven.”

De volgende dag zou een delegatie een gesprek voeren met de directie. Uiteindelijk trok de directie haar keutel in en bleef het zoals het was.

Wordt vervolgd.

Geef een reactie