Is de waarnemend burgemeester van Langedijk, Jan Hoekema, wel integer te noemen?

Dat vroeg ik me vanmorgen af toen ik in de NRC las ‘Oud-burgemeester Wassenaar kreeg onterecht extra wachtgeld’.

Toen ik in januari de nieuwjaarsboodschap van deze burgemeester las, bekroop mij een niet te duiden ongemakkelijk gevoel bij de man, want hij schreef; “Wat mij ook opvalt en waarvan ik hoop in 2018 weer veel voorbeelden te zien, is het sterk ontwikkelde arbeidsethos. Er wordt hier hard gewerkt, vroeg opgestaan, tijdig gegeten en mensen gaan vroeg naar bed. Reinheid, rust en regelmaat dus. Misschien een beetje overdreven, maar de ouderwetse waarden waarmee ons land groot is geworden, zijn in deze fraaie West-Friese streken nog sterk aanwezig.” In de korte tijd dat hij in Langedijk waarnemend was, moet hij blijkbaar bemerkt hebben dat er mensen zijn die anders in elkaar steken dan hijzelf. Iets anders kan ik er niet van maken. De Langedijker mentaliteit is in zijn ogen van een heel andere orde dan zijn mentaliteit, maar daar kon ik op dat moment niets mee. Als we zijn opmerkzaamheid plaatsen in het licht dat het NRC hedenmorgen over hem in de krant liet schijnen dan wordt toch al weer veel duidelijk.

Integer kan ik de man niet noemen als ik zijn reactie lees over zijn extra verkregen wachtgeld; “Door vragen van NRC ben ik gaan nadenken en heb ik voor mijzelf de conclusie getrokken dat ik het geld ga terugstorten. Het hoeft niet, maar de context waarbinnen ik tegen de overeenkomst aankijk is veranderd.” Wat hij dus eigenlijk zegt is dat hij er nooit over zou nadenken om het terug te betalen als de NRC er niet over zou zijn gaan schrijven. Is dat integer gedrag? Het NRC deed een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur om de stukken over het extra wachtgeld te krijgen. Hoekema en Barth (de partner) hebben in eerste instantie geprobeerd om openbaarmaking via de voorzieningenrechter tegen te houden, maar kwamen daar vorige week van terug, aldus het NRC. Blijkbaar wilde de waarnemend-burgemeester Hoekema niet dat dit naar buiten kwam. Hoe transparant is deze bestuurder?

In een persoonlijke verklaring van 30 januari 2018 aan de fractievoorzitters van de raad van Langedijk schrijft Jan Hoekema: “Bij mijn vertrek als burgemeester van Wassenaar in januari 2017 heb ik een bedrag van de gemeente ontvangen van €17.800,- bruto, op grond van de vaststellingsovereenkomst die ik met de gemeente had gesloten. Dit bedrag diende om het verschil te compenseren tussen het wachtgeld dat ik zou ontvangen en mijn inkomen als burgemeester, in de periode van 15 januari (datum van vertrek) tot 14 november 2017 (datum waarop mijn wachtgeld zou eindigen vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd). De advocaat van de gemeente Wassenaar en mijn advocaat zijn indertijd gezamenlijk tot de conclusie gekomen dat mijn vaststellingsovereenkomst was opgesteld in overeenstemming met geldende wet- en regelgeving. Ik heb het bedrag te goeder trouw ontvangen. Zes weken na mijn vertrek uit Wassenaar ben ik aan de slag gegaan als waarnemend burgemeester in de gemeente Aa en Hunze; sinds eind juli ben ik waarnemer in de gemeente Langedijk. Ik ben zeer blij en dankbaar dat ik zo snel weer aan het werk kon, ook omdat ik de gemeente Wassenaar daarmee een aanzienlijk bedrag aan wachtgeld heb kunnen besparen. De gemeente Wassenaar heeft me nooit gevraagd om het bedrag dat ik in januari heb ontvangen terug te storten toen ik weer aan het werk ging, en ook in de vaststellingsovereenkomst stond daar geen bepaling over opgenomen. Zelf had ik het boek Wassenaar gesloten, en heb ik mijn energie voluit gestoken in mijn nieuwe werkkringen.  Nu er vragen gerezen zijn over dit bedrag, ben ik van mening dat het achteraf beter was geweest als ik het geld had teruggestort toen bleek dat de bedoelde compensatie van het verschil tussen wachtgeld en inkomen niet meer nodig was. Daarom heb ik de gemeente Wassenaar inmiddels laten weten dat ik het bedrag teruggeef. In de vaststellingsovereenkomst stond ook vastgelegd dat ik in de ambtswoning kon blijven tot ik vervangende woonruimte had, tot uiterlijk 1 december 2017. De hele periode dat ik na mijn burgemeesterschap nog in Wassenaar woonde, heb ik hetzelfde bedrag aan volledige huur betaald als tijdens mijn burgemeesterschap, conform de Rijksregeling. Ik ben de gemeente Wassenaar onverminderd erkentelijk voor de tijd die ze mij gegeven heeft om nieuw onderdak te vinden. Sinds half oktober 2017 woon ik met bijzonder veel plezier in de gemeente Langedijk.”

In zijn verklaring aan de fractievoorzitters van Langedijk jokkebrokt Hoekema als hij zegt; ”De advocaat van de gemeente Wassenaar en mijn advocaat zijn indertijd gezamenlijk tot de conclusie gekomen dat mijn vaststellingsovereenkomst was opgesteld in overeenstemming met geldende wet- en regelgeving. Ik heb het bedrag te goeder trouw ontvangen.”

Zijn advocaat meldt echter per mail op 27 jan. 2017 om 13:21; “Kritisch punt zal zoals eerder met u besproken steeds blijven de juridische grondslag om te komen tot deze civielrechtelijke afspraken nu die enerzijds wel samenhangen met het voormalig ambt (vandaar de term ‘overeenkomstig’), maar anderzijds de van toepassing zijnde rechtspositiebepalingen niet voorzien in een mogelijkheid te komen tot deze afspraken. Vandaar dat is opgenomen dat deze vaststellingsovereenkomst niet afdoet aan de bevoegdheden van de Commissaris van de Koning en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties. Die zullen daarentegen zijdens de gemeente niet actief geïnformeerd over deze vaststellingsovereenkomt.”

Woensdagavond, in een extra besloten bijeenkomst met de fractievoorzitters van Langedijk (seniorenconvent), licht hij eea toe. Hij laat daarbij nog wel weten; “Ik ga verder geen commentaar leveren, ook niet desgevraagd.” Blijkbaar de Wassenaarse praktijk toegepast op Langedijk.

Wat zich precies in Wassenaar heeft afgespeeld dat deze burgemeester daar weg moest is niet helemaal duidelijk. Dat de fractievoorzitters van de politieke partijen van Wassenaar in besloten vergadering akkoord zijn gegaan met de financiële regeling geeft te denken. Ze hebben in ieder geval allemaal boter op het hoofd gehad en waren blijkbaar blij om van de man af te zijn.

Voor Langedijk is het heel triest om te constateren dat zij een burgemeester hebben die in overleg moet gaan met de buurgemeente Heerhugowaard over een ambtelijke fusie. Je kan je indachtig de Wassenaarse problematiek afvragen of er daarbij ook persoonlijke deals zullen worden gemaakt. Op de wijze waarop de man zich met verbazing uitlaat over zijn bevolking plaats ik persoonlijk vraagtekens bij zijn integriteit als overheidsdienaar.

 

 

Geef een reactie